Location via proxy:   [ UP ]  
[Report a bug]   [Manage cookies]                

Groupe PSA

bedrijf in Frankrijk

Groupe PSA (voorheen PSA Peugeot Citroën), afgekort PSA, was een Franse autogroep die de automerken Peugeot, Citroën, Opel, Vauxhall en DS Automobiles omvatte. In 2019 produceerde PSA zo'n 3,5 miljoen voertuigen en behaalde het een omzet van 75 miljard euro. Het telde in 2018 circa 211.000 werknemers. De familie Peugeot bezat 14% van de aandelen en zo'n 25% van de stemrechten. Het bedrijf gebruikte de naam "PSA Peugeot Citroën" als aanduiding voor de beursgenoteerde holdingmaatschappij Peugeot S.A. en de dochterondernemingen daarvan. Op 1 augustus 2017 werd de overname van de GM-merken (het Duitse Opel en Britse Vauxhall) afgerond.

Groupe PSA
Peugeot S.A.
Logo
Groupe PSA
Oprichting 1965 (als voortzetting van de Société des Automobiles Peugeot uit 1896)
Opheffing 16 januari 2021
Oorzaak einde Fusie met FCA en de combinatie gaat verder als Stellantis
Oprichter(s) Peugeot
Eigenaar Dongfeng Motor Corporation
Sleutelfiguren Carlos Tavares, bestuursvoorzitter
Louis Gallois, voorzitter RvC
Land Vlag van Frankrijk Frankrijk
Hoofdkantoor 75 avenue de la Grande Armée
75116 Parijs
Werknemers 211.000 (2018)
Dochter­onderneming
Faurecia
Producten auto's en scooters
Industrie auto-industrie
Omzet/jaar € 60,7 miljard (2020)[1]
Winst/jaar 2.022.000.000 euro (2020) Bewerken op Wikidata
Markt­kapitalisatie 17.850.000.000 euro (1 maart 2018) Bewerken op Wikidata
Website Groupe PSA
Portaal  Portaalicoon   Economie

Per januari 2021 is PSA gefuseerd met FCA en opgegaan in Stellantis.

Geschiedenis

bewerken

PSA staat voor Peugeot Société Anonyme en werd in 1965 gevormd, toen de voormalige Société des Automobiles Peugeot werd omgevormd van autoproductiebedrijf tot holdingmaatschappij. In 1974 kocht PSA 30% van de aandelen van Citroën. In 1976 werd Citroën volledig overgenomen door PSA.

In 1979 nam PSA voor het symbolische bedrag van US$ 1 de activiteiten en de schulden van Chrysler Europe over en kreeg daarmee de autofabrieken van het Franse Simca en de voormalige Britse Rootes-groep in handen. Tevens verkreeg PSA hiermee een aandeel in de fabrikant Matra Automobiles, dit aandeel werd in 1983 verkocht aan Renault. In 1979/1980 werd Simca omgedoopt tot Talbot. Vervolgens verdween de merknaam Talbot in 1986. Alleen in het Verenigd Koninkrijk werd de bestelwagen Talbot Express (technisch gelijk aan de Peugeot J5) nog tot 1992 verkocht.

In 1998 werd besloten om de autoproductie binnen PSA volledig te reorganiseren. Vrijwel alle fabrieken werden ondergebracht in de nieuwe dochtermaatschappij "Peugeot Citroën Automobiles S.A.". De voormalige autofabrikanten "Automobiles Peugeot SA" en "Automobiles Citroën SA" veranderden in verkooporganisaties.

In 2011 halveerde de winst en in 2012 maakte het bedrijf het grootste verlies in zijn geschiedenis bekend.[2] PSA leed in het tweede halfjaar van 2012 een nettoverlies van € 5 miljard inclusief een afschrijving van activa ten bedrage van € 4 miljard.[2] De onderneming maakt veel stadsauto's en kleine middenklassers waar het veel concurrentie treft uit landen met lage lonen.[3] De strategie moest om: er werd in de kosten gesneden om de financiële positie te verbeteren, niet essentiële bedrijfsonderdelen werden verkocht en nieuwe aandelen werden uitgeven om de schuldenlast te reduceren.[3]

In februari 2013 maakten General Motors (GM) en Peugeot een samenwerkingsovereenkomst bekend. De bedrijven gaan wereldwijd samenwerken om tot 2016 US$ 2 miljard aan kosten te besparen.[4] Zowel Peugeot als Opel kampen met verliezen en hopen deze weg te werken door meer schaalgrootte. GM neemt ook een aandelenbelang van 7% in Peugeot, maar Peugeot neemt geen belang in GM. Nog geen twee jaar later verkoopt GM de aandelen voor € 250 miljoen.[5] De samenwerking blijft bestaan, al zijn de verwachtingen verlaagd. Terwijl gehoopt werd dat de jaarlijkse kosten in 2016 met US$ 2 miljard verlaagd zouden zijn, wordt voor 2018 gemikt op zo’n US$ 1,2 miljard dollar. GM kocht het belang om Peugeot aan nieuw kapitaal te helpen, maar volgens GM is die steun niet langer nodig. Na deze bekendmaking daalde de beurskoers van PSA met 12%.[5][6]

Begin 2014 werd bekend dat de Chinese automobielfabrikant Dongfeng Motor Corporation en de Franse staat bereid zijn om voor € 800 miljoen aan nieuwe aandelen te kopen.[7] Na deze financiële injectie zijn er drie belangrijke aandeelhouders, de familie Peugeot, Dongfeng Motor en de Franse staat elk met een aandelenbelang van 14%. De familie heeft nog wel meer stemrecht dan de andere twee grootaandeelhouders.[7]

Overname Opel/Vauxhall

bewerken

Op 6 maart 2017 werd bekend dat PSA Peugeot Citroën voor 2,2 miljard euro Opel en Vauxhall overneemt.[8] Het Franse autoconcern had een overeenkomst bereikt met het moederbedrijf General Motors.[8] PSA berekende de jaarlijkse synergievoordelen in 2026 op € 1,7 miljard, waarvan het merendeel al in 2020 moest zijn gerealiseerd.[8] De overname had eerder geleid tot grote zorgen in Duitsland en het Verenigd Koninkrijk over mogelijk banenverlies, maar PSA had garanties gegeven voor behoud van werkgelegenheid en fabrieken.[8] De omvang van PSA, gemeten naar omzet en voertuigenproductie, nam met een derde toe wanneer de overname een feit was. In 2016 waren de marktaandelen van de verschillende merken: Opel/Vauxhall 6,7%, Peugeot 5,8%, Citroën 3,6% en DS 0,4%.[9] Het gezamenlijk marktaandeel op de Europese automarkt kwam hiermee op 16,5%, waarmee PSA na Volkswagen AG (23,9%) de grootste autoverkoper in Europa zou worden.[9] In juli 2017 gaf de Europese Commissie (EC), na onderzoek van de nationale en Europese markten, PSA onvoorwaardelijk toestemming om Opel over te nemen.[10] Het marktaandeel van de twee bedrijven samen bleef volgens de EC relatief klein, alleen in Estland en Portugal kwamen ze op 40% voor kleine commerciële voertuigen.[10] Op 1 augustus 2017 was de overname volledig afgerond.[11]

Fusie met FCA

bewerken

Op 31 oktober 2019 maakten Fiat Chrysler Automobiles (FCA) en PSA bekend plannen te hebben voor een fusie.[12] Beide autoproducenten kregen 50% van de aandelen in het nieuwe bedrijf waarvan het hoofdkantoor in Nederland komt. Carlos Tavares werd bestuursvoorzitter van het fusiebedrijf en John Elkann van FCA voorzitter. Door de fusie ontstond het vierde autobedrijf ter wereld, met een totale verkoop van 8,7 miljoen voertuigen en een jaaromzet van zo'n € 170 miljard.[12] De twee verwachtten in de komende vier jaar een kleine € 4 miljard aan kosten te kunnen besparen. Daarbij werd niet uitgegaan van het sluiten van fabrieken, maar banenverlies in Europa viel wel te verwachten.[12] Ze hebben ook het plan hun belang in Faurecia te verkopen, omzet in 2019 zo'n € 18 miljard, en de opbrengst als een speciaal dividend uit te keren aan de aandeelhouders.[12] Eind 2020 gaf de Europese Commissie haar goedkeuring aan de fusie.[13] Op 4 januari 2021 werd de fusie ook goedgekeurd door de aandeelhouders, waardoor de fusie definitief was. De nieuwe fusieonderneming heette Stellantis en het hoofdkantoor waren in Nederland gevestigd.[14] Per 16 januari 2021 was de fusie ook formeel een feit.[15]

Activiteiten

bewerken

PSA realiseerde in 2020 een jaaromzet van € 61 miljard.[1] Zo'n driekwart van de omzet werd gerealiseerd met de verkoop van nieuwe automobielen en het rest was afkomstig van de onderdelenfabrikant Faurecia. De autoverkopen in 2020 was 28% lager dan in 2019, een gevolg van de coronapandemie. Er werden 2,5 miljoen voertuigen verkocht, waarvan 80% in Europa. In aantallen werden 1,1 miljoen Peugeot-voertuigen verkocht, 0,7 miljoen exemplaren van Citroën, 43.000 DS Automobiles en 0,6 miljoen stuks van Opel/Vauxhall.[1]

 
Landen met PSA-productielocaties

PSA heeft fabrieken in vele landen, maar Frankrijk en Volksrepubliek China zijn de belangrijkste productiecentra. De belangrijkste productielocaties van PSA in Frankrijk zijn Aulnay-sous-Bois (ex-Citroën), Mulhouse (ex-Peugeot), Poissy (ex-Simca/Talbot), Rennes (ex-Citroën) en Sochaux (ex-Peugeot).

Resultaten

bewerken
bedragen in miljoenen euro, tenzij anders aangegeven
Jaar[16] Autoverkopen
(×1000)
Omzet Bedrijfs-
resultaat
Netto-
resultaat
Aantal
werknemers
(×1000)
2011 - 55.912 898 784 -
2012 2820 55.446 -4698 -4925 204
2013 2819 54.090 -1346 -2218 197
2014 2939 53.607 223 -555 190
2015 2973 54.676 1976 1202 182
2016 3146 54.030 2611 2149 172
2017 3632 65.210 3087 2358 -
2018 3878 74.027 4400 3295 211
2019 3479 74.731 4668 3584 -
2020 2512 60.734 3054 2022 -

Samenwerkingsverbanden

bewerken

Overige activiteiten

bewerken

Buiten de automobieldivisie bestaat PSA uit:

Verder is PSA grootaandeelhouder van de Franse Ligue 1-voetbalclub FC Sochaux-Montbéliard.

Milieubeleid

bewerken

Als onderdeel van haar inzet voor duurzaamheid en circulaire economie nam de PSA-groep in 2020 B-Parts over, een platform dat gespecialiseerd is in de verkoop van gebruikte auto-onderdelen. Deze overname maakt deel uit van de "3R"-strategie van de groep (repareren, hergebruiken en herbouwen) en is gericht op het versterken van de inspanningen op het gebied van milieuvriendelijkheid.[17]

bewerken