kooknat

Nederlands

Uitspraak

• Geluid:  kooknat    (hulp, bestand)

Woordafbreking

• kook·nat

Woordherkomst en -opbouw

• samenstelling van  koken ww  en  nat zn 

	enkelvoud	meervoud
naamwoord	kooknat
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

het kooknat o

1. het water waarin met voedsel gekookt heeft

   • Schil en gaar de asperges. Leg een servet of een schone theedoek op een schaal, haal de asperges uit het kooknat, laat ze even uitlekken en leg ze op het doek om af te koelen. Roer de aardbeienpuree door de Canadese saus (zo heet een pittige remoulade) en doe er de cognac bij. Geef de saus in een apart sauskommetje bij de afgekoelde asperges.  
   • Bonduelle vult het kleinste conservenblikje met een paar bonen in kooknat. Het blikje kost inkoop de fabrikant meer dan de bonen zelf. Maar het is voor de oudere alleenstaande, legde Bonduelle me uit. Die wil niet zo'n grote pot van Hak.  

Synoniemen

• kookvocht

Gangbaarheid

• Het woord kooknat staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.

• In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "kooknat" herkend door:

89 %	van de Nederlanders;
84 %	van de Vlamingen.