Location via proxy:   [ UP ]  
[Report a bug]   [Manage cookies]                
 
Een saki
  • sa·ki
enkelvoud meervoud
naamwoord saki saki's
verkleinwoord - -

de sakim

  1. (primaten) een aapje uit het Zuid-Amerikaanse geslacht Chiropotes  
    • Er zaten saki's in de bomen. 
51 % van de Nederlanders;
46 % van de Vlamingen.[1]
  1.   Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be


saki

  1. (primaten) saki


saki

  1. verouderde spelling of vorm van saka tot 2012 [1]
(bepaalde onzijdige vorm nominatief meervoud van  sak zn )
  1. Taalhervorming 2012:
    Ny rettskriving for 2000-talet (in het Nynorsk)
    3.1.3 Bunden form eintal av sterke hokjønnsord og bunden vorm fleirtal av inkjekjønnsord