bonthainvliegenvanger
Uiterlijk
- (IPA in voorbereiding)
- bon·thain·vlie·gen·van·ger
- samenstelling van bonthain zn en vliegenvanger zn
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | bonthainvliegenvanger | bonthainvliegenvangers |
verkleinwoord | bonthainvliegenvangertje | bonthainvliegenvangertjes |
de bonthainvliegenvanger m
- (zangvogels) Ficedula bonthaina een zangvogel uit de familie van vliegenvangers (Muscicapidae). De vogel werd in 1896 door Ernst Hartert geldig beschreven. Het is een bedreigde endemische vogelsoort op het Indonesische eiland Celebes
- Het woord 'bonthainvliegenvanger' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
- Zie Wikipedia voor meer informatie.