broeien

Nederlands

Uitspraak

• Geluid:  broeien    (hulp, bestand)

Woordafbreking

• broei·en

Woordherkomst en -opbouw

• In de betekenis van ‘heet worden’ voor het eerst aangetroffen in 1080
• afgeleid van broei met het achtervoegsel -en

stamtijd
onbepaalde wijs	verleden tijd	voltooid deelwoord
broeien	broeide	gebroeid
zwak -d	volledig

Werkwoord

broeien

1. absoluut heet worden door gisting
2. absoluut in het geheim gaande zijn
3. overgankelijk in een broeikas vroeger doen bloeien of rijpen
4. overgankelijk in de broeikuip doen gisten

Hyponiemen

• uitbroeien, verbroeien

Afgeleide begrippen

   

broeibak broeibed broeibedrijf broeiboon broeierig broeierij broeigans broeiglas broeihaard broeiheet broeihitte broeiing broeikas broeikast broeikorf broeikuip broeimest broeinest broeinetel broeiraam broeituin broeiverband broeivlucht

Vertalingen

    1. heet worden door gisting   

Spaans: fermentar (es)

    1.   

Spaans: fomentar (es)

Gangbaarheid

• Het woord broeien staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.

• In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "broeien" herkend door:

99 %	van de Nederlanders;
96 %	van de Vlamingen.