cloacadier

Nederlands

Uitspraak

• Geluid:  cloacadier    (hulp, bestand)
• IPA: / kloˈakaˌdir / (4 lettergrepen)

Woordafbreking

• clo·a·ca·dier

Woordherkomst en -opbouw

• samenstelling van  cloaca zn  en  dier zn , omdat deze zoogdieren toch maar één lichaamsopening hebben voor zowel urine als poep

	enkelvoud	meervoud
naamwoord	cloacadier	cloacadieren
verkleinwoord	-	-

Zelfstandig naamwoord

het cloacadier o

1. (dierkunde) benaming voor dieren uit de taxonomische groep (orde) Monotremata , zoogdieren die eieren leggen

   ▸ De vachtegel is een cloacadier dat enkel in Nieuw-Guinea voorkomt.

Synoniemen

• monotreem
• snaveldier

Hyponiemen

• zie de categorie: Cloacadieren in het Nederlands

Gangbaarheid

• Het woord 'cloacadier' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.

Meer informatie

• Zie Wikipedia voor meer informatie.