erewacht
Uiterlijk
- ere·wacht
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | erewacht | erewachten |
verkleinwoord |
- een groep mensen die eerbiedig op een rij stilstaan als eerbewijs voor iets of iemand
- In de ochtend inspecteerden Albert, zijn zussen en Charlène de erewacht voor het paleis. Daarna vertrok de hele familie naar de kerk voor de traditionele mis. Later op de dag keken Albert, Charlène en de bijna drie jaar oude prins Jacques en prinses Gabriella vanaf het balkon van het paleis toe hoe de militaire parade voorbij trok.[2]
- In de eindeloos lijkende rij staat een breed palet aan Amsterdammers, zoals hoogopgeleide Amsterdammers, acteurs zoals Jeroen Krabbé, maar ook medewerkers van de gemeentelijke reinigingsdienst. Rond de kist staat een erewacht, die elk half uur wordt afgewisseld door Amsterdammers uit alle gelederen van de samenleving.[3]
- Het woord erewacht staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "erewacht" herkend door:
98 % | van de Nederlanders; |
96 % | van de Vlamingen.[4] |
- ↑ Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- ↑ de Telegraaf 19 nov. 2017
- ↑ de Telegraaf MIKE MULLER 13 okt. 2017
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be