regering
Uiterlijk
- Geluid: regering (hulp, bestand)
- IPA: / reˈɣerɪŋ / (3 lettergrepen)
- (Noord-Nederland): /rə.'χɪː.rɪŋ/
- (Vlaanderen, Brabant): /rə.'ɣeː.rɪŋ/
- (Limburg): /re.'ɣeː.rɪŋ(g)/
- re·ge·ring
- Naamwoord van handeling van regeren met het achtervoegsel -ing.
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | regering | regeringen |
verkleinwoord | regerinkje | regerinkjes |
de regering v
- (regering) een groep van personen die een land bestuurt, specifiek het staatshoofd en alle ministers
- De regering van België heeft het zwaar te verduren gekregen met de economische crisis van het afgelopen jaar.
- ▸ Denemarken ook nauwelijks, in de pers hadden ze het uitgebreid gehad over de gemoedelijke verhouding tussen de Deense bevolking en de Duitse gasten. De koning en de regering van Denemarken zaten nog op hun plaats en de samenwerking leek uitstekend te functioneren binnen de Germaanse verbroedering.[1]
- ▸ Maar nadat Boedapest zijn equivalent van het Slânsky-proces had doorgemaakt, werden de demonstraties steeds oncontroleerbaarder en ontwikkelden zich tot een opstand tegen alles waar de partij en regering voor stonden, geleidelijk aan met gewapende groepen.[2]
|
- militaire regering
een regering, die gevormd is door hohe militairen, een junta
1. een groep van personen die een land bestuurt, specifiek het staatshoofd en alle ministers
2. militaire regering
- Het woord regering staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "regering" herkend door:
100 % | van de Nederlanders; |
99 % | van de Vlamingen.[3] |
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
- ↑ Jan Guillou (vert. Bart Kraamer)“Kop in het zand” (2015), Uitgeverij Prometheus , ISBN 9789044628142
- ↑ Jan Guillou (vert. Bart Kraamer)“1968, De grote eeuw deel 7” (2017), Uitgeverij Prometheus , ISBN 9789044633535
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be
- Afkomstig van het Middelnedederduitse zelfstandige naamwoord regéringe, verwant met het Duitse zelfstandige naamwoord Regierung
- Zweeds zelfstandig naamwoord met het achtervoegsel -ing
Naar frequentie | 3377 |
---|
regerings | enkelvoud | meervoud | ||
---|---|---|---|---|
onbepaald | bepaald | onbepaald | bepaald | |
nominatief | regering | regeringen | regeringar | regeringarna |
genitief | regerings | regeringens | regeringars | regeringarnas |
regering, g
- (regering) kabinet, regering
- «Regeringen måste ta första steget.»
- De regering moet de eerste stap zetten.
- «Regeringen måste ta första steget.»
|
- Zie Wikipedia voor meer informatie. (Zweeds)
Categorieën:
- Woorden in het Nederlands
- Woorden in het Nederlands van lengte 8
- Woorden in het Nederlands met audioweergave
- Woorden met 3 lettergrepen in het Nederlands
- Woorden in het Nederlands met IPA-weergave
- Achtervoegsel -ing in het Nederlands
- Zelfstandig naamwoord in het Nederlands
- Bezieldheid: niet geanimeerd
- Metadomein: abstract
- Regering in het Nederlands
- Woordenlijst Nederlandse Taal
- Prevalentie Nederland 100 %
- Prevalentie Vlaanderen 99 %
- Woorden in het Zweeds
- Woorden in het Zweeds van lengte 8
- Woorden in het Zweeds met audioweergave
- Woorden in het Zweeds met IPA-weergave
- Achtervoegsel -ing in het Zweeds
- Zelfstandig naamwoord in het Zweeds
- Regering in het Zweeds