Grootvader
Een grootvader, grootpa of opa is een man die een kleinkind heeft.
Synoniemen
[bewerken | brontekst bewerken]In het Vlaams bestaan onder andere de synoniemen: bompa,[1] pepe,[2] petje (of petjen of petj'n),[3] pit,[4] vava,[5] vake[6] en vokke.[6] Er zijn zelfs twee televisieseries genoemd naar het dialectwoord bompa (Bompa en Chez Bompa Lawijt) en een liedje naar het dialectwoord vokke (zie De Strangers) en er is ook een liedje waarin het dialectwoord vava voorkomt.[7]
Het woord opa, bompa of pepe wordt ook wel als koosnaam gebruikt voor een geliefd, ouder persoon, voor wie men respect heeft, maar kan ook een beledigende term zijn voor iemand die zich naar de mening van de spreker als een oude en gebrekkige, onhandige man gedraagt. Daarom kiezen grootouders op hun beurt weer andere namen. Pepe/peter <-> meme/meter wordt tegenwoordig ook gebruikt om een gekozen persoon die vroeger als dooppeter genoemd werd NU te associëren met een vriend, terwijl dit vroeger meestal de grootvader langs papa zijn kant was een de grootmoeder langs mama haar kant. Zo zou het kunnen zijn dat het woord Pepe in de nabije toekomst meer gezien wordt als nabije vriend van een ouder.
Zie ook
[bewerken | brontekst bewerken]- ↑ https://www.vlaamswoordenboek.be/definities/term/bompa. Gearchiveerd op 6 oktober 2022.
- ↑ https://www.vlaamswoordenboek.be/definities/term/pepe. Gearchiveerd op 27 september 2022.
- ↑ https://www.vlaamswoordenboek.be/definities/term/petje. Gearchiveerd op 16 augustus 2022.
- ↑ https://www.vlaamswoordenboek.be/definities/term/pit. Gearchiveerd op 2 juni 2023.
- ↑ https://www.vlaamswoordenboek.be/definities/term/vava. Gearchiveerd op 7 oktober 2022.
- ↑ a b Gearchiveerde kopie. Gearchiveerd op 3 juni 2013. Geraadpleegd op 30 januari 2012.
- ↑ http://www.destrangers.org/v7/txt/showdetails.php?Show=155[dode link]