Location via proxy:   [ UP ]  
[Report a bug]   [Manage cookies]                
Naar inhoud springen

Wolfgang Sawallisch

Uit Wikipedia, de vrije encyclopedie
Wolfgang Sawallisch in 1988
Signatur Wolfgang Sawallisch

Wolfgang Sawallisch (München, 26 augustus 1923Grassau, 22 februari 2013) was een Duits dirigent en pianist.

Sawallisch begon zijn carrière bij het operatheater in Augsburg in 1947.[1]

In 1953 dirigeerde hij de Berliner Philharmoniker. Daarmee was hij de jongste dirigent ooit die zijn debuut maakte bij dit orkest. Dat was hij ook bij zijn debuut bij het Bayreuth Festspielhaus met Tristan en Isolde in 1957.

Van 1959 tot 1978 was hij chef-dirigent van Oper Köln. Van 1960 tot 1970 was hij tevens chef-dirigent van de Wiener Symphoniker. Van 1971 tot 1992 was Sawallisch muzikaal leider van de Bayerische Staatsoper en vanaf 1983 ook algemeen directeur.

Van 1993 tot 2003 was hij muzikaal leider van het Philadelphia Orchestra, waarvan hij tot aan zijn dood Conductor Laureate (eredirigent) was. Hij was ook honorair dirigent van het NHK Symfonieorkest in Tokio. Hij ontving een Suntory Music Award in 1993.

Na afloop van zijn betrekking bij het Philadelphia Orchestra bleef Sawallisch terugkeren voor gastoptredens in Philadelphia en in de Carnegie Hall.[2] Sawallisch is erelid van de Robert Schumann Gesellschaft. In 2003 hielp Sawallisch om een muziekschool in Grassau te vestigen, die de naam Wolfgang Sawallisch Stiftung kreeg.

Vanwege gezondheidsproblemen (orthostatische hypotensie) kon hij daarna niet meer dirigeren.[3] In een artikel in The Philadelphia Inquirer van 27 augustus 2006 zei Sawallisch over zijn pensionering het volgende:

"Het kan gebeuren dat mijn bloeddruk zonder vooraankondiging te laag is. Deze instabiliteit maakt het noodzakelijk om na 57 jaar concert- en operadirectie afscheid te nemen."[4]

Sawallisch en zijn vrouw Mechthild waren 46 jaar getrouwd toen ze stierf in 1998.[5] Ze kregen een zoon, Jörg.

Gedenkwaardige interpretaties

[bewerken | brontekst bewerken]

Sawallisch stond bekend als interpretator van de muziek van Richard Strauss.[6][7][8] Als pianist heeft hij een aantal beroemde zangsolisten begeleid in het liedrepertoire, onder wie Dietrich Fischer-Dieskau, Elisabeth Schwarzkopf en Margaret Price. Hij stond ook bekend om zijn interpretaties van de symfonieën van Anton Bruckner.[9]

Sawallisch heeft als pianist Franz Schuberts Die Winterreise en Robert Schumanns Liederkreis en andere liederencycli opgenomen met Thomas Hampson. Een van zijn meest gedenkwaardige concertoptredens als pianosolist was op 11 februari 1994 in Philadelphia, toen Sawallisch inviel bij het Philadelphia Orchestra in een compleet Wagner-programma op de avond dat een zware sneeuwstorm storm ervoor zorgde dat veel orkestleden de Academy of Music-zaal in Philadelphia niet konden bereiken.[10][11][12]

Opnamehoogtepunten

[bewerken | brontekst bewerken]

Zijn andere opnames voor het label EMI bestaan onder andere uit Richard Strauss' Capriccio en de vier symfonieën van Robert Schumann met de Staatskapelle Dresden. Hij maakte een quadrafonisch stereo-album (waarschijnlijk het enige dat hij ooit maakte) van Mozarts Die Zauberflöte in 1973 voor EMI, met onder anderen Peter Schreier als Tamino, Walter Berry als Papageno, Edda Moser als de Koningin van de Nacht, Anneliese Rothenberger als Pamina, en Kurt Moll als Sarastro. Andere opnames (EMI, Orfeo en Sony) zijn:

Een van zijn laatste concert- en opnameprojecten in Philadelphia focuste op de muziek van Robert Schumann.[13]

  1. Stephen Moss, "Old school titan", The Guardian, 19 mei 2000. Geraadpleegd op 8 augustus 2007.
  2. Anthony Tommasini, "Channeling Bruckner, Maestro Illuminates Elusive Score", The New York Times, 15 januari 2004. Geraadpleegd op 8 augustus 2007.
  3. Ben Mattison, "Report: Wolfgang Sawallisch Has Retired", Playbill Arts, 31 maart 2006. Gearchiveerd op 18 juli 2013. Geraadpleegd op 11 januari 2008.
  4. Peter Dobrin, "At home with the maestro". Philadelphia Inquirer, 27 augustus 2006.
  5. James R. Oestreich, "A 79-Year-Old Champion of Youth", New York Times, 4 mei 2003. Geraadpleegd op 11 januari 2008.
  6. Edward Rothstein, "A Cheery, Old-World 'Ariadne'", New York Times, 17 mei 1995. Geraadpleegd op 8 augustus 2007.
  7. Anne Midgette, "Music: A Musical Capital Looks to America", New York Times, 5 augustus 2001. Geraadpleegd op 8 augustus 2007.
  8. Paul Horsley, "A Hero's Tenure", Playbill Arts, 1 april 2003. Gearchiveerd op 22 september 2017. Geraadpleegd op 11 januari 2008.
  9. Anthony Tommasini, "Channeling Bruckner, Maestro Illuminates Elusive Score", New York Times, 15 januari 2004. Geraadpleegd op 11 januari 2008.
  10. Lesley Valdes and Peter Dobrin, "Snow or no snow, the show went on", Philadelphia Inquirer, 13 februari 1994.
  11. Tom Di Nardo, "Bons mots instead of notes from Maestro", Philadelphia Daily News, 28 februari 1994.
  12. Nadine Brozan, "Chronicle", New York Times, 15 februari 1994. Geraadpleegd op 11 januari 2008.
  13. Allan Kozinn, "Back to Schumann, With Care and Passion", The New York Times, 19 oktober 2002. Geraadpleegd op 8 augustus 2007.
[bewerken | brontekst bewerken]