Categorie:Overgankelijk werkwoord in het Nederlands
Alle categorieën |
![]() |
De categorie Overgankelijk werkwoord in het Nederlands bevat een overzicht van Overgankelijke werkwoorden in het Nederlands. |
Deze werkwoorden kennen een lijdend voorwerp en een volledig stel lijdende vormen. Zij worden in de bedrijvende voltooide tijd met hebben en in de lijdende met zijn vervoegd. | |
Lemma's worden in deze categorie geplaatst door {{ov|nld}} of {{ov|lang=Nederlands}} toe te voegen aan de begripsdefinitie. |
Index |
A - Ab - Ad - Ag - Al - Ap - As - Au - B - Be - Bi - Bo - Br - Bu - C - Ce - Ci - Co - Cr - Cu - D - De - Di - Do - Dr - Du - E - Ed - Ei - Em - Er - Ev - F - Fe - Fi - Fo - Fr - Fu |
Pagina’s in categorie "Overgankelijk werkwoord in het Nederlands"
Deze categorie bevat de volgende 200 pagina’s, van de 4.807 in totaal.
(vorige pagina) (volgende pagina)D
- daarlaten
- dabben
- dactyloscoperen
- dagen
- daggen
- daggeren
- dagvaarden
- danken
- dateren
- de-escaleren
- de-ioniseren
- deactiveren
- deactualiseren
- deballoteren
- debarkeren
- debbelen
- debiliseren
- debiteren
- deblokkeren
- debrailleren
- debrayeren
- debriefen
- debuggen
- decanteren
- decapiteren
- decentraliseren
- dechargeren
- decimeren
- declameren
- declareren
- declasseren
- declineren
- decoderen
- decollectiviseren
- decompileren
- decompliceren
- decomprimeren
- deconfessionaliseren
- decoreren
- decouperen
- decreteren
- dedicaceren
- deduceren
- defenestreren
- defibrilleren
- definiëren
- defloreren
- deformeren
- defragmenteren
- defrienden
- degraderen
- dehydrateren
- dehydreren
- dekken
- delegeren
- delen
- deleten
- delven
- demagnetiseren
- demaskeren
- demilitariseren
- demineraliseren
- demitteren
- demobiliseren
- democratiseren
- demoduleren
- demoniseren
- demonstreren
- demonteren
- demoraliseren
- demotiveren
- dempen
- denationaliseren
- denaturaliseren
- denatureren
- denigreren
- denivelleren
- denunciëren
- depanneren
- depenaliseren
- depolariseren
- depolitiseren
- deponeren
- deporteren
- deppen
- depreciëren
- deprimeren
- deprogrammeren
- deputeren
- derangeren
- dereguleren
- deren
- derven
- desambigueren
- desavoueren
- desemen
- desensibiliseren
- designeren
- desinfecteren
- desoriënteren
- destabiliseren
- destaliniseren
- destilleren
- detacheren
- detecteren
- determineren
- detineren
- deuken
- deuviken
- devalueren
- diaboliseren
- diagnosticeren
- dialogiseren
- dialyseren
- dichtbinden
- dichtbranden
- dichtdoen
- dichten
- dichtklappen
- dichtknijpen
- dichtlopen
- dichtnaaien
- dichtrijden
- dichtschroeien
- dichtschuiven
- dichtslaan
- dichtsmijten
- dichtsnoeren
- dichtstoppen
- dichttimmeren
- dichttrekken
- dicteren
- dieken
- dienen
- dieplinken
- diepvriezen
- dieven
- diffameren
- differentiëren
- digereren
- digitaliseren
- dilateren
- dimmen
- dippen
- dirigeren
- disambigueren
- disconteren
- diskwalificeren
- dispergeren
- dissen
- dissiperen
- distilleren
- distribueren
- djakken
- djoinen
- doceren
- documenteren
- doddelen
- doden
- dodijnen
- doemen
- doen
- doezelen
- dokken
- doldraaien
- domiciliëren
- domineren
- dompelen
- doneren
- dood wanen
- doodbijten
- doodknuffelen
- doodliggen
- doodmaken
- doodpolderen
- doodrijden
- doodschieten
- doodslaan
- doodspelen
- doodspuiten
- doodsteken
- doodwerken
- doodzwijgen
- doorbakken
- doorbijten
- doorbladeren
- doorblazen
- doorboren
- doorbreken
- doorbrengen
- doordraaien
- doordrenken
- doordrijven
- doordringen
- dooreengooien
- dooreenmengen
- dooreenschudden
- doorgaan
- doorgeven
- doorgraven