appelboor
Uiterlijk
- ap·pel·boor
- samenstelling van appel en boor
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | appelboor | appelboren |
verkleinwoord | appelboortje | appelboortjes |
- (huishouden) (kookkunst) een keukenhulp waarmee het klokhuis van een (hele) appel kan worden verwijderd
1.
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
- Het woord appelboor staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.