filmsector

Nederlands

Uitspraak

• Geluid:  filmsector    (hulp, bestand)

Woordafbreking

• film·sec·tor

Woordherkomst en -opbouw

• samenstelling van  film zn  en  sector zn 

	enkelvoud	meervoud
naamwoord	filmsector	filmsectoren filmsectors
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

de filmsector m

1. (filmkunst) alles en iedereen die betrokken is bij het maken van (speel)films

   ▸ Filmsector: brief tegen downloaden: Internetters die films downloaden uit illegale bronnen moeten in de toekomst een brief of mail krijgen waarin ze worden gewezen op hun gedrag. Dat willen partijen in de Nederlandse filmindustrie.

   ▸ De filmsector heeft de Kalveren, de televisie de Ringen. De computergames hebben de Uilen. Die prijzen voor beste spelletjes zijn vanavond in Amsterdam uitgereikt.

Synoniemen

• filmbranche

Gangbaarheid

• Het woord filmsector staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.