mister
Uiterlijk
Niet te verwarren met: Mister |
- VK: [ˈmɪstə(ɹ)]
- VS: [ˈmɪstɚ]
- Audio (US) (hulp, bestand)
- mis·ter
enkelvoud | meervoud |
---|---|
mister | misters |
mister
- meneer; vaak ironisch of zelfs pejoratief gebruikt
- «What do you want, mister?»
- Wat moet je, man?
- «That mister there.»
- Die kerel daar.
- «What do you want, mister?»
- vernevelaar; apparaat dat een mist verspreidt