motivatief
Uiterlijk
- Geluid: motivatief (hulp, bestand)
- mo·ti·va·tief
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | motivatief | motivatieven |
verkleinwoord | - | - |
de motivatief m
- (taalkunde) een naamval die in het Nederlands meest omschreven zou worden met het voorzetsel wegens
- Het Baskisch kent een motivatief.
stellend | |
---|---|
onverbogen | motivatief |
verbogen | motivatieve |
motivatief
- tot motivatie strekkend
- Daarvan is geen motivatieve werking te verwachten.
- Het woord 'motivatief' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.