ogle

Niet te verwarren met: øgle

Engels

Uitspraak

• Geluid: Bestand bestaat nog niet. Aanmaken?
• IPA: /ˈəʊɡl̩/

Woordafbreking

• o·gle

Woordherkomst en -opbouw

• Waarschijnlijk afkomstig van het Nederduitse woord "öglen".

vervoeging
onbepaalde wijs	to  ogle
he/she/it	ogles
verleden tijd	ogled
voltooid deelwoord	ogled
onvoltooid deelwoord	ogling
gebiedende wijs	ogle

Werkwoord

ogle

1. onovergankelijk lonken
2. overgankelijk oogje maken

Synoniemen

• flirt
• glance
• make eyes at someone

Afgeleide begrippen

• [1-2]: ogler

Verwante begrippen

• [1-2]: leer

enkelvoud	meervoud
ogle	ogles

Zelfstandig naamwoord

ogle

1. lonk