prent
Uiterlijk
- prent
- Leenwoord uit het Frans, in de betekenis van ‘door in- of opdrukken verkregen plaat’ voor het eerst aangetroffen in 1294 [1]
- [2]
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | prent | prenten |
verkleinwoord | prentje | prentjes |
- gedrukte afbeelding
- (informeel) bekeuring
- wildspoor
- geprent, prentbriefkaart, prenten, prentenatlas, prentenbijbel, prentenboek, prentenkabinet, prentenlijf, prentkunst
1.
vervoeging van |
---|
prenten |
prent
- Het woord prent staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "prent" herkend door:
99 % | van de Nederlanders; |
99 % | van de Vlamingen.[4] |
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
- ↑ "prent" in: Sijs, Nicoline van der, Chronologisch woordenboek. De ouderdom en herkomst van onze woorden en betekenissen, 2e druk, Amsterdam / Antwerpen: Veen, 2002; op website dbnl.org; ISBN 90 204 2045 3
- ↑ prent op website: Etymologiebank.nl
- ↑ Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be