pyloon
Uiterlijk
- py·loon
- Leenwoord uit het Frans, in de betekenis van ‘hoge constructie’ voor het eerst aangetroffen in het jaar 1911 [1] [2]
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | pyloon | pylonen |
verkleinwoord | pyloontje | pyloontjes |
de pyloon m
- (bouwkunde) een steuntoren van een brug.
- Aan de pyloon zijn de staalkabels bevestigd, waar de brug aan hangt.
- een hoogspanningsmast
- Het woord pyloon staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "pyloon" herkend door:
53 % | van de Nederlanders; |
77 % | van de Vlamingen.[3] |
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
- ↑ "pyloon" in: Sijs, Nicoline van der, Chronologisch woordenboek. De ouderdom en herkomst van onze woorden en betekenissen, 2e druk, Amsterdam / Antwerpen: Veen, 2002; op website dbnl.org; ISBN 90 204 2045 3
- ↑ pyloon op website: Etymologiebank.nl
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be