Location via proxy:   [ UP ]  
[Report a bug]   [Manage cookies]                
Skip to main content

Erik Verroken

Le xve siècle est encore balbutiant quand Guillebert de Mets, un jeune scribe prometteur, quitte Grammont en Flandre pour monter à Paris. Il se frotte au milieu bouillonnant des artisans du livre et se laisse séduire par des hommes et... more
Le xve siècle est encore balbutiant quand Guillebert de Mets, un jeune scribe prometteur, quitte Grammont en Flandre pour monter à Paris. Il se frotte au milieu bouillonnant des artisans du livre et se laisse séduire par des hommes et femmes de lettres, telle la fameuse Christine de Pizan. Mais il est proche de Jean sans Peur et après l'assassinat du duc de Bourgogne, en septembre 1419, il se voit forcé de regagner Grammont. Il y acquiert une vaste auberge, l'Ècu de France, où il installe sa propre librairie. Calligraphe hors-pair, Guillebert confie la décoration de ses manuscrits à des enlumineurs qui, malgré la qualité et l'originalité de leur travail, n'ont pu jusqu'à présent être identifiés. Ils étaient pourtant très appréciés de la cour de Bourgogne et collaborèrent à des oeuvres séminales de la bibliothèque ducale, l'une des collections de manuscrits les plus prestigieuses de son temps.
Qui étaient ces « Maîtres de Guillebert de Mets »? Où travaillaient-ils et pour qui? C'est ce que ce livre tente d'établir à la lumière d'un abondant dossier documentaire, comportant de nombreuses données inédites. L'étude se fonde aussi sur un examen approfondi de l'oeuvre de ces peintres de livres - soixante-quatre manuscrits et fragments rassemblés ici pour la première fois. Elle pose la question fascinante des interactions entre le foyer artistique parisien et les miniaturistes actifs dans les Pays-Bas méridionaux à l'époque de l'émergence des Primitifs flamands. Tant Guillebert de Mets que ses enlumineurs servent de relais entre ces deux pôles d'excellence et montrent le rôle décisif que Paris a pu jouer dans le façonnement de l'ars nova septentrionale, associée au prodigieux siècle de la Toison d'or.
Research Interests:
This paper is a much condensed version of an extensive study: J. Dumolyn en E. Verroken, 'De levensloop en sociale omgeving van Hugo van der Goes', Handelingen van de Maatschappij voor Geschiedenis & Oudheidkunde te Gent, 76 (2022), 75-122.
1. Notitie over de Geraardsbergse librariër Ghiselbrecht de Mets en de Meesters van Guillebert de Mets, de verluchters die naar hem genoemd zijn 2. Beschrijving van volgende handschriften: Catalogus, nr. 11, Brussel, KBR, ms. 9559-64,... more
1. Notitie over de Geraardsbergse librariër Ghiselbrecht de Mets en de Meesters van Guillebert de Mets, de verluchters die naar hem genoemd zijn
2. Beschrijving van volgende handschriften:
Catalogus, nr. 11, Brussel, KBR, ms. 9559-64, Verzamelbundel samengesteld uit 1) Christine de Pizan, L'Epistre d'Othéa; 2) Martinus van Braga, De quattuor virtutibus cardinalibus (ofwel) Formula honestae vitae in de vertaling van Jean Courtecuisse (Sénèque des quatre vertus); 3) Christine de Pizan, Jean de Montreuil et Gontier Col, Débat sur le Roman de la Rose; 4) Albertano da Brescia, De arte loquendi et tacendi (ung traitie de parler et de taire, vertaler onbekend); 5) Eustache Deschamps of Jean Munier (?), Des cinq lettres du nom de Paris; 6) Guillebert de Mets, Description de la ville de Paris et de l'excellence du royaume
Catalogus, nr. 12: Brussel, KBR, ms. 10772, Getijdenboek,
Catalogus, nr. 13: Parijs, BNF, ms. fr. 12575, Coudrette, Roman de Mélusine
Catalogus, nr. 14: Parijs, BNF, ms. n.a.l., 3055, Getijdenboek ten gebruike van Rome
Catalogus, nr. 15: Brussel, KBR, mss. 9005-9006, Augustinus, De civitate Dei, Franse vertaling met commentaar van Raoul de Presles
Catalogus, nr. 16: Brussel, KBR, ms. IV 1113, Getijdenboek voor het gebruik van het adellijk kapittel van Sint-Gertrudis te Nijvel
Biografische notitie over 'Jan De Tavernier', p. 212-215. Beschrijving volgende handschriften (p. 216-236: Catalogus, nr. 32: Parijs, BNF, ms. fr. 9198, Jean Miélot, Miracles de Notre Dame, Catalogus, nr. 33: Brussel, KBR, ms.... more
Biografische notitie over  'Jan De Tavernier', p. 212-215.
Beschrijving volgende handschriften (p. 216-236:
Catalogus, nr. 32: Parijs, BNF, ms. fr. 9198, Jean Miélot, Miracles de Notre Dame,
Catalogus, nr. 33: Brussel, KBR, ms. 9278-80, Lucianus van Samosata, Dialogus de honore, Franse vertaling door Jean Miélot (op basis van Giovanni Aurispa); Buonaccorso da Montemagno da Pistoia, Controversia de nobilitate, Franse vertaling door Jean Miélot; Faits et miracles de saint Thomas, Franse vertaling door Jean Miélot
Catalogus, nr. 34: Brussel, KBR, ms. 9092, Traité de l'oraison dominicale
Catalogus, nr. 35: Brussel, KBR, ms. 10308, René d'Anjou, Mortifiement de vaine plaisance; Jean Gerson, Complainte de l'omme a son ame et responce d'icelle
Catalogus, nr. 36:  Brussel, KBR, ms. 9095, Guillaume Adam, Directorium ad passagium faciendum, Franse vertaling door Jean Miélot
Catalogus, nr. 37: Parijs, BNF, ms. fr. 9087, Guillaume Adam, Directorium ad passagium faciendum, Franse vertaling door Jean Miélot; Burchard de Monte Sion, Descriptio Terrae Sanctae, Franse vertaling door Jean Miélot; Bertrandon de la Broquière, Voyage en la terre d'Outre-mer
Catalogus, nr. 41: Brussel, KBR, ms. 11129, Gerard van Vliederhoven, Cordiale de quattuor novissimis, Franse vertaling van Jean Miélot
Catalogus, nr. 42: Brussel, KBR, ms. 9511, Brevier van Filips de Goede ten gebruike van Parijs, winterdeel
Van bij zijn vroegste publicaties toonde Rik Castelain belangstelling voor de heren van Oudenaarde en hun leenmannen. Zijn onderzoek in het rijke Oudenaardse archief resulteerde in tal van artikels en enkele boeken. In 1985 publiceerde... more
Van bij zijn vroegste publicaties toonde Rik Castelain belangstelling voor de heren van Oudenaarde en hun leenmannen. Zijn onderzoek in het rijke Oudenaardse archief resulteerde in tal van artikels en enkele boeken. In 1985 publiceerde hij een bijdrage over de heerlijkheid Ter Donckt in Berchem (Kluisbergen). Daarin besprak hij de eerste bezitter, de familie van der Donckt. In 2015 volgde een nieuw artikel met aandacht voor de zestiende- eeuwse bezitters, de families Pielvake en de Steur, en voor twee achterlenen van Ter Donckt: Ter Nieuwerborch en Erpelgem.1 In deze bijdrage situeren we Ter Donckt binnen het Land tussen Maarke en Ronne, bespreken we de familie van der Donckt die al voor 1291 heer was en dat bleef tot in 1434 toen Dierlay vander Donckt overleed. Tenslotte gaan we dieper in op het bezit van Mergriete Bruun, echtgenote van Gerard van der Donckt (+ 1414).
Het Lam Gods. Kunst, Geschiedenis, Wetenschap en Religie Deel I (KUNST)GESCHIEDENIS De Opdrachtgevers 'Een adellijk altaarstuk. Een sociaal-historische studie van de ontstaanscontext van het Lam Godsretabel' 1. Een uitzonderlijk... more
Het Lam Gods. Kunst, Geschiedenis, Wetenschap en Religie
Deel I (KUNST)GESCHIEDENIS
De Opdrachtgevers

'Een adellijk altaarstuk. Een sociaal-historische studie van de ontstaanscontext van het Lam Godsretabel'
1. Een uitzonderlijk altaarstuk
2. De opkomst van de familie Vijd in de veertiende eeuw
3. De integratie van de familie Vijd in de stad Gent
4. De integratie van de familie Vijd in de Vlaamse adel
5. Het Lam Gods als een adellijk altaarstuk

In bijlage het artikel van 2014 gepubliceerd als een hoofdstuk in het boek "Het Lam Gods - van Eyck', 2019.
Het Lam Gods van de gebroeders van Eyck (1432) wordt wereldwijd erkend als een uitzonderlijk kunstwerk en als één van de meest invloedrijke schilderijen ooit gemaakt. Op ‘s werelds eerste grote olieverfschilderij is de religieuze mystiek... more
Het Lam Gods van de gebroeders van Eyck (1432) wordt wereldwijd
erkend
als een uitzonderlijk kunstwerk en als één van de meest
invloedrijke schilderijen ooit gemaakt. Op ‘s werelds eerste grote
olieverfschilderij is de religieuze mystiek alom aanwezig. Het werk
leest haast als een ABC van het Christendom – van de Annunciatie
tot het symbolische offer van Christus, met het ‘Mystieke Lam’ op een
altaar in een hemels landschap, bloedend in de Heilige Graal.
Hubert en Jan van Eyck realiseerden hun monumentale veelluik
in samenwerking met een groot atelier en inhoudelijke adviseurs.
Dit boek wil hetzelfde doen: het bundelt voor het eerst heel diverse
inzichten over het Lam Gods en brengt experten samen uit de
meest uiteenlopende disciplines. Alleen door de perspectieven te
combineren van kunstwetenschappers, historici, filosofen, godsdienstwetenschappers,
wiskundigen en specialisten in optica, kan men immers
de rijkdom en de diepgang van dit meesterwerk ten volle begrijpen.
Rijkelijk geïllustreerd met tal van details die dankzij state-of-the-art
technieken tijdens de lopende restauratiecampagne aan het licht zijn
gekomen en soms niet zichtbaar zijn met het blote oog.
The Ghent Altarpiece The Clients A noble altarpiece: the socio-historical context of the painting An outstanding altarpiece The rise of the Vijd family in the fourteenth century The integration of the Vijd family in Ghent The... more
The Ghent Altarpiece
The Clients
A noble altarpiece: the socio-historical context of the painting

An outstanding altarpiece
The rise of the Vijd family in the fourteenth century
The integration of the Vijd family in Ghent
The integration of the Vijd family in the Flemish nobility
Reconsidering the altarpiece as a noble monument
L' Agneau Mystique - Les donateurs Un retable noble : le contexte socio-historique de l'Agneau mystique Un tableau d'autel exceptionnel L'Ascension de la famille Vijd au XIVe siècle L'Integration de la famille Vijd dans la ville de Gand... more
L' Agneau Mystique - Les donateurs
Un retable noble : le contexte socio-historique de l'Agneau mystique

Un tableau d'autel exceptionnel
L'Ascension de la famille Vijd au XIVe siècle
L'Integration de la famille Vijd dans la ville de Gand
L'Integration de la famille Vijd au sein de la noblesse flamande
Abstract in Dutch & in English Tijdens de periode 1500-1650 waren meerdere kunstenaars uit de Lage Landen werkzaam voor het Engelse hof zoals Gerard Horenbout (c. 1460-1540) en Antoon Van Dyck (1599-1641). Minder bekend is de schilder... more
Abstract in Dutch & in English

Tijdens de periode 1500-1650 waren meerdere kunstenaars uit de Lage Landen werkzaam voor het Engelse hof zoals Gerard Horenbout (c. 1460-1540) en Antoon Van Dyck (1599-1641). Minder bekend is de schilder John de Critz (c. 1551/60-1642). Hij was de zoon van Troilus, volgens de literatuur een naar Londen geëmigreerde goudsmid uit Antwerpen. De Crits is echter een bekende naam in het Oudenaardse en onderzoek bevestigt dat Troilus van Oudenaarde-Pamele afkomstig was. Hij was een tapijtsier die naar Antwerpen verhuisde, er contacten legde in protestantse en humanistische kringen en er de dochter huwde van Jacob van Meteren, een koopman die de vertaling financierde van de eerste volledige Engelse bijbel, de Coverdale Bible. Ca. 1550 emigreerde Troilus naar Londen maar toen de katholieke Mary Tudor koningin werd, keerde hij noodgedwongen terug naar Antwerpen waar hij een winkelstal in het Tapissierspand huurde. Toen Elizabeth I koningin werd, vestigde Troilus zich definitief in Londen. Zijn kinderen en kleinkinderen waren actief in de luxenijverheid. Zoon John werd in 1603 Serjeant Painter van de vorsten Jacob I van Engeland en Anna van Denemarken en van Karel I van Engeland. Ook John, Emanuel en Thomas De Crits, kleinzonen van Troilus, waren schilders. Troilus’ oudste dochter Susanna huwde met de Brugse schilder Marcus Gheeraerts I, dochter Magadalena huwde met diens zoon Marcus II, een portretschilder van Jacob I en Anna van Denemarken.

During the period 1500-1650, several artists from the Low Countries were painters at the English Court, such as Gerard Horenbout (c. 1460 - 1540) and Antoon Van Dyck (1599 - 1641). Less well known is the painter John de Critz (c. 1551/60 - 1642), son of Troilus. In literature, Troilus is referred to as an Antwerp goldsmith who emigrated to London. However, De Crits is a well-known name in Oudenaarde and research confirms that Troilus came from Oudenaarde-Pamele. He was a tapestry merchant and broker who moved to Antwerp where he made contacts in Protestant and humanist circles and married the daughter of Jacob van Meteren, a merchant who financed the translation of the first complete English Bible, the Coverdale Bible. Ca. 1550, Troilus emigrated to London, but when the Catholic Mary Tudor became queen, he was forced to return to Antwerp where he rented a shop in the Tapissierspand. When Elizabeth I became queen, Troilus settled permanently in London. His children and grandchildren were active in the luxury industry. In 1603, his son John became Serjeant Painter of the monarchs James I of England and Anne of Denmark and of Charles I of England. John, Emanuel and Thomas De Crits, grandsons of Troilus, were also painters. Troilus' eldest daughter Susanna married the Bruges painter Marcus Gheeraerts I, daughter Magadalena de Crits married his son Marcus II, a portrait painter of James I and Anne of Denmark.
“Gilis Tavernier, een schilder van Oudenaarde in Chieri” is een Nederlandse vertaling die ik maakte van het Italiaanse essay “Un pittore di Audenarde a Chieri: Gillis Tavernier” van Bernardo Oderzo Gabrieli. Het Italiaanse artikel... more
“Gilis Tavernier, een schilder van Oudenaarde in Chieri” is een Nederlandse vertaling die ik maakte van het Italiaanse essay “Un pittore di Audenarde a Chieri: Gillis Tavernier” van Bernardo Oderzo Gabrieli. Het Italiaanse artikel verscheen reeds in de catalogus van de tentoonstelling "Il Rinascimento europeo di Antoine de Lonhy” die in 2021-22 gehouden werd in de Palazzo Madama in Turijn. Ik schreef bij deze Nederlandse vertaling de hiernavolgende korte inleiding.

Van 1428 tot 1475 woonde en werkte er een schildersfamilie De Tavernier in Oudenaarde. Het gaat om de drie broers Gillis, Gerard en Jakob de Tavernier. De laatste was een boekverluchter die naar alle waarschijnlijkheid de vader was van Jan de Tavernier, een van de belangrijkste miniaturisten van de vijftiende eeuw die voor hertog Filips de Goede meerdere handschriften heeft verlucht. Recent onderzoek in de archieven van het Noord-Italiaanse Chieri, een stad die in de vijftiende eeuw bekend stond voor zijn bankiers- en lombaardenfamilies die in de Lage Landen actief waren, bracht aan het licht dat daar een schilder Gillis Tavernir (c. 1465 - c. 1485) werkzaam was. De Italiaanse kunsthistoricus Bernardo Gabrieli kon door vergelijking van een muurschildering van Gillis Tavernir met een miniatuur in een getijdenboek van Jan de Tavernier, aantonen dat Gillis hetzelfde model gebruikte als Jan de Tavernier. Daaruit valt af te leiden dat Gillis Tavernir van Chieri een lid was de Oudenaardse schildersfamilie De Tavernier en mogelijk in Oudenaarde geboren is. Hierna kan u de vertaling lezen van het artikel dat Bernardo Gabrieli over Gillis Tavernir publiceerde.

Zie ook: https://unicatt.academia.edu/BernardoGabrieli
This article uncovers new information concerning the life and family of Gaspar van Weerbeke. In particular, it shows how his social networks had an impact on Weerbeke’s professional opportunities. Milanese documents reveal that Gaspar van... more
This article uncovers new information concerning the life and family of Gaspar van Weerbeke. In particular, it shows how his social networks had an impact on Weerbeke’s professional opportunities. Milanese documents reveal that Gaspar van Weerbeke was an illegitimate son of Adriaen van Weerbeke (husband of Kateline van Steenweghe), who became a citizen of Oudenaarde in 1453. Adriaen and his brother Jan were marktschippers who shipped merchandise from Oudenaarde to Tournai (1449-76). Adriaen moved in circles that gave him the opportunity to provide his gifted son with a successful future. Gaspar was born c. 1445, and received his education as a singer in the parish of St Walburga in the town of Oudenaarde. This town had a flourishing musical culture, boasting twelve talented singers (‘canters’), four organists, and two organ builders in the period 1445-75. It is probable that the clergy from St Walburga’s helped Gaspar to gain entry into the Burgundian and papal chapels. The fact that Weerbeke had a wide social network might explain why Galeazzo Sforza sent Gaspar to the Low Countries to recruit singers as early as April 1472.
In de eerste bijdrage over het proces van de verschriftelijking in het laatmiddeleeuwse Oudenaarde gaven we een bondig overzicht van de oudst bewaarde ambtelijke bescheiden en literaire teksten. In de tweede bijdrage sluiten wij opnieuw... more
In de eerste bijdrage over het proces van de verschriftelijking in het laatmiddeleeuwse Oudenaarde gaven we een bondig overzicht van de oudst bewaarde ambtelijke bescheiden en literaire teksten. In de tweede bijdrage sluiten wij opnieuw aan bij Marcel Hoebeke en zijn Middeleeuwse oorkondentaal. We vragen ons af welke types scribenten en klerken voor het Oudenaards stadsbestuur allerlei documenten kopieerden en geven er een kort overzicht van. Vervolgens gaan we dieper in op enkele aspecten die Hoebeke zijdelings besproken heeft of niet vermeld heeft. Zo behandelen we de overplaatsing van de Raad van Vlaanderen, het hoogste rechtscollege van het graafschap Vlaanderen, van Rijsel naar Oudenaarde (1405). Dit laat ons toe om de namen van de toenmalige leveranciers van papier en perkament te bespreken. Verder zoomen we in op Jakop Hanoke, het typevoorbeeld van een succesvolle schepenklerk uit de eerste helft van de vijftiende eeuw. Tot slot weiden we uit over de scriveinen, zelfstandige scribenten die al dan niet in een schrijfhuisje op of rond de Markt schrijfwerk verrichtten voor het bestuur en de burgers van Oudenaarde.
In 1968 publiceerde Marcel Hoebeke zijn boek ‘Middeleeuwse oorkondentaal te Oudenaarde’. Hij gaf daarin een overzicht van de geschiedenis van Oudenaarde en Pamele en een overzicht van de ambachtslieden van het schrijf- en boekbedrijf: de... more
In 1968 publiceerde Marcel Hoebeke zijn boek ‘Middeleeuwse oorkondentaal te Oudenaarde’. Hij gaf daarin een overzicht van de geschiedenis van Oudenaarde en Pamele en een overzicht van de ambachtslieden van het schrijf- en boekbedrijf: de schoolmeesters, de klerken en scriveinen. Dit artikel herneemt enkele thema’s van Hoebeke en wil een eerste bijdrage leveren over het proces van de verschriftelijking in het laatmiddeleeuwse Oudenaarde.  We behandelen eerst de stadsrechten van Oudenaarde (1189), nadien de kleine en de Latijnse school van Walburga.  Vervolgens gaan we dieper in op geschreven documenten uit de periode 1270-1300. Het betreffen de eerste poorterslijsten van Oudenaarde en Pamele, de vroegste renteboeken en een boekenlijst van het Hospitaal (1272), het Coemannenbouc en het Keurenboek van de Schepenen van Oudenaarde: allen getuigen van een toenemende systematische registratie van de stedelijke administratie. We behandelen ook het Cartulaire rouge en het Veil Rentier van de baron van Pamele, heer van Oudenaarde. Er werden toen ook gedichten, verhalen en andere literatuur geschreven zoals de Enaamse Codex ofte het Oudenaardse Rijmboek (1290-1300) en een Dietsche Dotrinale (1367). Tenslotte werden er in Oudenaarde ook al toneelstukken opgevoerd zoals het Spel van Strasengijs in 1373..

In 1968 Marcel Hoebeke published his book on the language of the medieval charters of Oudenaarde, his Middeleeuwse oorkondentaal te Oudenaarde. In addition to an overview of the history of Pamele and Oudenaarde, the author also discussed the craftsmen of the book and writing industry namely the schoolmasters, the clerks and the scriveinen. The present article revisits some themes that Hoebeke discussed but in the first place, it aims to make a contribution to the development of written culture in late medieval Oudenaarde. It all started with the city rights of Oudenaarde (1189), the cleyne school and the Latin school of Walburga. Subsequently, we take a closer look at written documents from the period 1270-1300, namely the first burghesses lists of Oudenaarde and Pamele, the first rentbooks of the Hospital of Oudenaarde and and a booklist of the same hospital, the Coemannenbouc and the Keurenboek of the Aldermen of Oudenaarde: they all testify to an increasingly systematic registration of the urban administration. We also discuss the Cartulaire rouge and the well-known Veil Rentier of the Baron of Pamele, Lord of Oudenaarde. Literature was already being written at that time: we discuss shortly the Enaamse Codex or the Oudenaardse Rijmboek (1290-1300) and a Dietsche Doctrinale (1367). Finally, plays were also performed in Oudenaarde. In 1373 it was the Spel van Strasengijs.
Dit is de vijfde en laatste bijdrage over de Geraardsbergse librariër Ghiselbrecht de Mets. In vorige aflevering schreven we dat je bij De Mets behalve boeken kopen, er ook kon laten maken: lees laten schrijven, binden en verluchten. Voor... more
Dit is de vijfde en laatste bijdrage over de Geraardsbergse librariër Ghiselbrecht de Mets. In vorige aflevering schreven we dat je bij De Mets behalve boeken kopen, er ook kon laten maken: lees laten schrijven, binden en verluchten. Voor de verluchting deed De Mets beroep op miniaturisten die in een verwante stijl schilderden en die kunsthistorici de Meesters van Guillebert de Mets noemen. De meest toonaangevende van hen hebben we recent geïdentificeerd als de Gentenaar Johannes Ramont. In vorige aflevering bespraken wij het werk van zijn voorloper, de Meester van het Getijdenboek van Jan zonder Vrees, evenals het vroege werk en de getijdenboeken van Ramont. In deze aflevering komt zijn latere oeuvre aan bod en ook het werk van zijn collega, de Meester met de Zilveren Hemelen, een creatieve en speelse verluchter. Wij sluiten af met de vermelding van hun navolgers: van Ramont de Meester van de Gentse Privileges en de Meester van het Brevier van Geraardsbergen, van zijn collega de Meester van Margareta van Schorisse, een productieve navolger.

Wie meer informatie wil over Ghiselbrecht de Mets en de naar hem genoemde verluchters: D. Vanwijnsberghe & E. Verroken « A l’Escu de France ». Guillebert de Mets et la peinture de livres à Gand à l’époque de Jan van Eyck (1410-1450), Bruxelles, 2017, 2 vols..
Dit is de vierde bijdrage over de Geraardsbergse librariër Ghiselbrecht de Mets. Bij hem kon je niet alleen boeken kopen, je kon er ook laten maken. Voor de opdrachtgever was librariër de Mets de centrale contactpersoon die de uitvoering... more
Dit is de vierde bijdrage over de Geraardsbergse librariër Ghiselbrecht de Mets. Bij hem kon je niet alleen boeken kopen, je kon er ook laten maken. Voor de opdrachtgever was librariër de Mets de centrale contactpersoon die de uitvoering coördineerde: hij kocht perkament en papier, zorgde voor het kopiëren van de tekst, liet de katernen inbinden en stond tenslotte ook in voor de verluchting. De Mets werkte samen met enkele anonieme miniaturisten die in een verwante stijl schilderden. Kunsthistorici noemen hen de Meesters van Guillebert de Mets. Recent konden we de meest toonaangevende onder hen identificeren: hij is hoogstwaarschijnlijk de Gentenaar Johannes Ramont. In deze en volgende aflevering laten we de lezer kennismaken met het oeuvre van deze boekverluchter en van zijn collega, de Meester met de Zilveren Hemelen maar ook met het werk van hun voorloper en met dat van hun navolgers.

Wie meer informatie wil over Ghiselbrecht de Mets en de naar hem genoemde verluchters: D. Vanwijnsberghe & E. Verroken « A l’Escu de France ». Guillebert de Mets et la peinture de livres à Gand à l’époque de Jan van Eyck (1410-1450), Bruxelles, 2017, 2 vols..
In dit derde deel duiken we in de uitgebreide bibliotheek van Ghiselbrecht de Mets. Leidraad is een lange boekenlijst. Deze is atypisch voor een Vlaamse librariër want er staan slechts zestien Nederlandse teksten in vermeld. Er zijn twee... more
In dit derde deel duiken we in de uitgebreide bibliotheek van Ghiselbrecht de Mets. Leidraad is een lange boekenlijst. Deze is atypisch voor een Vlaamse librariër want er staan slechts zestien Nederlandse teksten in vermeld. Er zijn twee grote namen in aanwezig: Der Natueren bloume van Jacob van Maerlant en De gheestelike brulocht van Jan van Ruusbroec. Onder de Franse titels zijn er tal van werken die we in de inventaris van de Bourgondische hertogen aantreffen zoals de Consolation de Boèce en de Jeu des Echecs. Er zijn ook belangrijke teksten die De Mets eigenhandig gekopieerd heeft en die niet in de lijst opgenomen zijn. We nemen de voornaamste titels onder de loep. Opvallend is verder dat De Mets over een groot deel van het oeuvre van Christine de Pizan beschikte. We sluiten onze bijdrage af met de Cent nouvelles, de laatste titel in de lijst. Het betreft de Franse vertaling van de Decamerone van Boccaccio.

Wie meer informatie wil over de volledige boekenlijst van Ghiselbrecht de Mets en over de naar hem genoemde verluchters: D. Vanwijnsberghe & E. Verroken « A l’Escu de France ». Guillebert de Mets et la peinture de livres à Gand à l’époque de Jan van Eyck (1410-1450), Bruxelles, 2017, 2 vols..
In dit tweede deel gaan we dieper in op Ghiselbrecht de Mets als poorter van zijn stad: hij was bestuurder, hostelier en boekschrijver. Centrum van alle activiteit was de herberg Het Schild van Frankrijk. Die stond tegenover het... more
In dit tweede deel gaan we dieper in op Ghiselbrecht de Mets als poorter van zijn stad: hij was bestuurder, hostelier en boekschrijver. Centrum van alle activiteit was de herberg Het Schild van Frankrijk. Die stond tegenover het schepenhuis waar hij zetelde als schepen, gezworene en ontvanger van de stad. In zijn herberg ontving hij soms belangrijke gasten, in zijn schrijfkamer kopieerde hij volumineuze boeken als de Cité de Dieu van Augustinus en nog veel andere teksten. Echter, niet alles was een succes en hoopvol. In 1424 werd De Mets tijdelijk uit de kerk verbannen en eind 1438 sloeg het noodlot toe: Ghiselbrecht, zijn echtgenote en hun oudste zoon overleden aan de pest en met hen meerdere van zijn verwanten.

Wie meer informatie wil over Ghiselbrecht de Mets en de naar hem genoemde verluchters: D. Vanwijnsberghe & E. Verroken « A l’Escu de France ». Guillebert de Mets et la peinture de livres à Gand à l’époque de Jan van Eyck (1410-1450), Bruxelles, 2017, 2 vols..
Tussen 1405 en 1420 woonde de Geraardsbergenaar Guillebert (Ghiselbrecht) de Mets in Parijs. Waarschijnlijk werkte hij er eerst als klerk, later als boekschrijver en libraire van Jan zonder Vrees. Na de moord op de Bourgondische hertog... more
Tussen 1405 en 1420 woonde de Geraardsbergenaar Guillebert (Ghiselbrecht) de Mets in Parijs. Waarschijnlijk werkte hij er eerst als klerk, later als boekschrijver en libraire van Jan zonder Vrees. Na de moord op de Bourgondische hertog eind 1419 keerde hij terug naar zijn geboortestad. Hij huwde er met Mergriete de Lompere en bouwde er een politieke carrière uit. Eind 1438 maakte de pest daar abrupt een einde aan. Vanuit zijn herberg Het Schild van Frankrijk leidde De Mets een boekhandel. Daar kon je behalve Middelnederlandse teksten als Der Natueren bloume van Jacob van Maerlant vooral Franse literatuur kopen die populair was in Parijse milieus en bij de Bourgondische hertogen. Zo kon men er elk werk van Christine de Pizan bestellen. In een eerste bijdrage gaan we dieper in op de familiale context en de politieke carrière van De Mets.

Wie meer informatie wil over Ghiselbrecht de Mets en de naar hem genoemde verluchters: D. Vanwijnsberghe & E. Verroken « A l’Escu de France ». Guillebert de Mets et la peinture de livres à Gand à l’époque de Jan van Eyck (1410-1450), Bruxelles, 2017, 2 vols..
Abstract: Archival research by Erik Verroken has shown that the illuminator Jean Le Tavernier from Oudenaarde could not be identified with his namesake documented in Tournai as early as 1434. Probably being the son of the illuminator... more
Abstract:
Archival research by Erik Verroken has shown that the illuminator Jean Le Tavernier from Oudenaarde could not be identified with his namesake documented in Tournai as early as 1434. Probably being the son of the illuminator Jakob de Tavernier (1428-1454), he was rather a painter of a younger generation who was nevertheless influenced by the art of Robert Campin. According to these new data, Le Tavernier was active in Oudenaarde from about 1449 to his death in 1462.
A little-known book of hours from the British Library in London (Add. ms. 19416) is illustrated with miniatures that may belong to Le Tavernier’s early work. These illuminations in colour are important for the reassessment of an artist celebrated above all for his exceptional grisailles. The historiated miniatures of this manuscript made for a wealthy patron from the ‘Land of Aalst’ foreshadow the magisterial books painted for the duke of Burgundy. Moreover borders painted in the style of the Masters of Guillebert de Mets provide a precious link between two styles developed in the wake of the Campinesque tradition, between Tournai and Ghent.
At the beginning of the 16th century, the manuscript was owned by Charles Le Clerc (†1533), president of the Chamber of Accounts in Lille, an important power broker at Maximilian of Austria’s court, who became Charles V’s chamberlain. Like his brother Robert, abbot of Ter Duinen, Charles owned a respectable collection of illuminated manuscripts.
Research Interests:
Vedette incontestable de l'exposition Miniatures flamandes, qui s'est tenue à Bruxelles l’an dernier et à Paris ce printemps, Jean Le Tavernier a ébloui le public par l'extraordinaire variété des manuscrits qu'il illustra pour Philippe le... more
Vedette incontestable de l'exposition Miniatures flamandes, qui s'est tenue à Bruxelles l’an dernier et à Paris ce printemps, Jean Le Tavernier a ébloui le public par l'extraordinaire variété des manuscrits qu'il illustra pour Philippe le Bon, duc de Bourgogne. Artiste polyvalent, qui excella autant dans la grisaille que dans l'art de la couleur, il passa avec la même aisance des livres de dévotion et des traités moraux aux ouvrages d'histoire ou aux récits de voyages. Une quinzaine d'œuvres ont pu lui être attribuées, toutes datables des années 1450-1460. On l'a dit formé vingt ans plus tôt à Tournai où il aurait subi directement l’ascendant de cet important foyer de peintres mené par Robert Campin, le maître du grand Rogier van der Weyden. Mais les Heures de Charles Le Clerc (Londres, British Library, Add. ms. 19416), présentées ici, un manuscrit au contenu riche et singulier, nous invitent à remettre en cause cette biographie reçue et à poser la question lancinante du milieu d'apprentissage du jeune Le Tavernier : la ville d'Audenarde et le Pays d'Alost.
A recent reappraisal of the biography of the Flemish copyist and ‘libraire’ Guillebert de Mets († 1438) has led to the discovery of a previously unpublished document that sheds light on several aspects of his life and activity. It is a... more
A recent reappraisal of the biography of the Flemish copyist and ‘libraire’ Guillebert de Mets († 1438) has led to the discovery of a previously unpublished document that sheds light on several aspects of his life and activity. It is a record of inheritance (staat van goed) drawn up in Ghent in 1441, which mentions the estate belonging to Guillebert’s children. In addition to new data on his socio-economic background, this document also contains one of the few surviving inventories of books belonging to a medieval bookseller: a list of more than eighty manuscripts, mostly in French, including several ‘bestsellers’ of early-fifteenth-century French literature. Remarkably, the most cited author in the list is Christine de Pizan, of whom at least eight texts are mentioned, sometimes twice. The links between the Flemish scribe and Christine had been identified long ago and never failed to intrigue scholars, as several texts by Christine copied by Guillebert have come down to us. They are nearly all mentioned in the list of 1441. This unique document therefore invites us to return to the question of a possible con- nection between Guillebert and Christine, if not personal at least professional and intellectual.
Bespreking van dit manuscript in de Catalogus uitgegeven naar aanleiding van de tentoonstelling “Vlaamse miniaturen 1404-1482", die plaatsvond van 30 september tot 30 december 2011 in de Koninklijke Bibliotheek van België, Brussel, en... more
Bespreking van dit manuscript in de Catalogus uitgegeven naar aanleiding van de tentoonstelling “Vlaamse miniaturen 1404-1482", die plaatsvond van 30 september tot 30 december 2011 in de Koninklijke Bibliotheek van België, Brussel,  en  van 6 maart tot 10 juni 2012 in de Bibliothèque nationale de France, Parijs,. Catalogus, nr. 34
Research Interests:
Bespreking van dit manuscript in de Catalogus uitgegeven naar aanleiding van de tentoonstelling “Vlaamse miniaturen 1404-1482", die plaatsvond van 30 september tot 30 december 2011 in de Koninklijke Bibliotheek van België, Brussel, en... more
Bespreking van dit manuscript in de Catalogus uitgegeven naar aanleiding van de tentoonstelling “Vlaamse miniaturen 1404-1482", die plaatsvond van 30 september tot 30 december 2011 in de Koninklijke Bibliotheek van België, Brussel,  en  van 6 maart tot 10 juni 2012 in de Bibliothèque nationale de France, Parijs,. Catalogus, nr. 34
Bespreking van dit manuscript in de Catalogus uitgegeven naar aanleiding van de tentoonstelling “Vlaamse miniaturen 1404-1482, die plaatsvond in de Koninklijke Bibliotheek van België, Brussel, en in de Bibliothèque nationale de France,... more
Bespreking van dit manuscript in de Catalogus uitgegeven naar aanleiding van de tentoonstelling “Vlaamse miniaturen 1404-1482, die plaatsvond in de Koninklijke Bibliotheek van België, Brussel, en in de Bibliothèque nationale de France, Parijs, van 6 maart tot 10 juni 2012.
Verluchter: Jan de Tavernier
Bespreking van dit manuscript in de Catalogus uitgegeven naar aanleiding van de tentoonstelling “Vlaamse miniaturen 1404-1482", die plaatsvond in de Koninklijke Bibliotheek van België, Brussel, en in de Bibliothèque nationale de France,... more
Bespreking van dit manuscript in de Catalogus uitgegeven naar aanleiding van de tentoonstelling “Vlaamse miniaturen 1404-1482", die plaatsvond in de Koninklijke Bibliotheek van België, Brussel, en in de Bibliothèque nationale de France, Parijs, van 6 maart tot 10 juni 2012.
Bespreking van dit manuscript in de Catalogus uitgegeven naar aanleiding van de tentoonstelling “Vlaamse miniaturen 1404-1482", die plaatsvond in de Koninklijke Bibliotheek van België, Brussel, en in de Bibliothèque nationale de France,... more
Bespreking van dit manuscript in de Catalogus uitgegeven naar aanleiding van de tentoonstelling “Vlaamse miniaturen 1404-1482", die plaatsvond in de Koninklijke Bibliotheek van België, Brussel, en in de Bibliothèque nationale de France, Parijs, van 6 maart tot 10 juni 2012.